- uitwaaien
- {{uitwaaien}}{{/term}}I 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [een frisse neus halen] prendre un bol d'air2 [naar buiten gaan staan] se déployer♦voorbeelden:¶ de vlam woei uit • la flamme a été soufflée (par le vent)de wind is uitgewaaid • le vent s'est calméII 〈overgankelijk werkwoord〉1 [doven] éteindre
Deens-Russisch woordenboek. 2015.